Jong ouderverlies heeft een leven lang invloed
Heeft jong ouderverlies invloed op de rest van je leven? Die vraag stelde ik op een dag nietsvermoedend aan google. Mijn vader is overleden toen ik tien jaar oud was, en jaren later was ik vastgelopen in een burn-out. Ik had het verband tussen de vroege dood van mijn vader en mijn burn-out nog niet gelegd. Ik voelde altijd wel ik anders was dan andere kinderen van mijn leeftijd, ik schaamde me en wilde niet zielig gevonden worden, en later merkte ik dat ik minder zorgeloos was dan de meeste mensen om me heen. Ik vond het leven vaak best lastig, maar ik gooide dat op ‘de aard van het beestje’.
Er ging een wereld voor me open toen ik de website van Titia Liese ontdekte. Zij omschreef precies wat ik altijd had gevoeld. En er was een naam voor: ‘verlaat verdriet’. Titia Liese is een pionier op het gebied van jong ouderverlies, en heeft van verlaat verdriet haar levenswerk gemaakt. In workshops legt ze aan mensen die jong hun vader of moeder verloren zijn uit waar de gevoelens vandaan komen waar velen van hen mee worstelen. En alhoewel er veel verschillen zijn tussen mensen die jong hun moeder of vader verloren zijn, zijn er ook veel overeenkomsten. En juist die overeenkomsten maken dat ik zoveel herkenning voelde toen ik op de website van Titia begon te lezen.
Jong ouderverlies maakt gevoelig voor burn-out
Als je op jonge leeftijd je vader of moeder verliest, dan heeft dat een grote impact op de rest van je leven. De gevolgen van jong ouderverlies worden vaak onderschat. Door de omgeving, maar niet in de laatste plaats door de betrokkene zelf. Als je jong bent als je vader of moeder overlijdt, ben je nog volop bezig met het vormen van je identiteit. Je bent als het ware nog niet ‘af’ om met dit grote verlies om te gaan. In plaats daarvan ontwikkel je bepaalde overlevingspatronen en het zijn die overlevingspatronen die later in het leven tot een burn-out kunnen leiden.
Overlevingspatronen bij jong ouderverlies
Titia Liese heeft het over de kenmerkende patronen van verlaat verdriet. Een aantal van die overlevingspatronen kunnen verband houden met het ontwikkelen van een burn-out op latere leeftijd:
- Je altijd aanpassen;
- Een muurtje om je heen hebben;
- Geen grenzen stellen;
- Een gebrek aan zelfvertrouwen;
- Moeite hebben met ruimte innemen;
- Altijd geven;
- Het gevoel hebben altijd alles alleen te moeten doen
- Je een buitenstaander voelen;
- Altijd alles onder controle willen houden;
- Geen hulp kunnen vragen;
- Altijd waakzaam zijn;
- De lat heel erg hoog leggen.
Natuurlijk ontwikkelt niet iedereen die op jonge leeftijd een ouder verliest een burn-out, maar de gevoeligheid ervoor is wel toegenomen.
De eerste burn-out golf door niet-genomen rouw
In haar mooie boek, Van burnout naar levenszin, omschrijft Jane Alice Coerts hoe de eerste burn-out golf eind twintigste eeuw kon ontstaan. “De generatie X, geboren tussen 1956 en 1970 … is praktisch ingesteld, zelfredzaam en relativerend, met ouders die jong waren tijdens de wederopbouw. Ze zijn loyaal aan hard weken en de no-nonsensmentaliteit van hun ouders, worden snel volwassen en streven ernaar goed uit de economische crisis te komen. Trouw aan hun ouders en de maatschappelijke context is er weinig ruimte om stil te staan bij persoonlijke verliezen. In een poging hun ouders te ontlasten, dragen ze hún verlies; bijvoorbeeld hun oorlogstrauma’s, verdriet over hun jong overleden ouders, broers, zussen, of kinderen. Het eigen persoonlijke verdriet wordt ondergeschikt aan dat van de ouders en verdwijnt naar de achtergrond. Dit niet nemen van de eigen pijn, de eigen rouw, de opeenstapeling van hun niet verteerde verlieservaringen, heeft uiteindelijk bijgedragen aan de eerste burn-out golf aan het einde van de twintigste eeuw”.
In mijn praktijk kom ik opvallend vaak vrouwen tegen uit generatie X, die al heel lang rondlopen met verlaat verdriet. Na dertig, veertig, vijftig jaar komen zij nog steeds terug bij de niet genomen rouw om hun jong overleden vader of moeder. Ik heb hier ook de titel van mijn e-book op gebaseerd: Verlaat verdriet vergaat niet. Want ook al is het lang geleden de gevolgen van jong ouderverlies draag je een leven lang mee. Door de aangenomen patronen hebben generatie X’ers die jong ouderverlies hebben meegemaakt moeite met het omgaan met verlieservaringen. Ze hebben de neiging ‘sterk te zijn’, ‘door te gaan’ en verdrietige emoties eronder te houden.
Geen plaats voor rouw
Dezelfde overlevingspatronen die ontstaan na het overlijden van een ouder spelen bij de jongere generaties (millenials en Gen Z). Voor hen wordt de omgang met het verlies zo mogelijk nog gecompliceerder, omdat zij opgroeien in een wereld waarin ongeluk geen plaats lijkt te hebben. Dirk de Wachter zegt daarover in zijn boek ‘de kunst van het ongelukkig zijn’: “Op Facebook wordt een lastig leven niet gewenst. Successen deel je, maar de tegenslagen kun je beter voor jezelf houden. Alles wat niet gelukkig en geweldig is, is ongewenst en abnormaal. Erger nog: wie minder geluk heeft, wordt daarop afgerekend. Wie niet mee kan in de gelukscarroussel, heeft te weinig wilskracht getoond. En heeft het dus zichzelf te verwijten. “…. Kom dan maar eens aan met een dode vader of moeder. Ook voor deze generaties kan verlaat verdriet dan ook op de loer liggen.
Het verdriet aankijken om weer verder te gaan
In het e-book ‘Verlaat verdriet vergaat niet‘ geef ik een aantal handvatten die kunnen helpen om de gevolgen van jong ouderverlies te aanvaarden, en een leven te bouwen op de fundamenten van jouw verlies. Het delen van jouw verhaal is een eerste stap, want je bent niet de enige, en het is niet gek dat je nog steeds verdriet hebt om de dood van je vader of moeder, en de gevolgen die het heeft gehad voor de rest van jouw leven. Als je met jouw verlaat verdriet aan de slag gaat, dan kan dat je veel opleveren. Als je dat wilt, ondersteun ik je daar graag bij.